Sinds ik in Utrecht woon, sta ik wel ergens op de wachtlijst. Of erger nog: de wachtlijst van de wachtlijst. ‘We kunnen u er bij zetten, maar ik geef u niet veel kans.’ Hoe vaak ik dat niet heb gehoord.
Het begon met woonruimte toen ik in Utrecht kwam wonen. Ik zette me op alle wachtlijsten van woningbureaus, huisjesmelkers en hospiteeravonden in de stad. Ik gaf zelfs 100 euro uit om op een wachtlijst te komen van een dubieuze projectontwikkelaar met grote beloftes, die later met de noorderzon bleek te zijn vertrokken.
Toen ik zwanger werd en kinderen kreeg, werd het nog een tandje erger. Er volgden wachtlijsten voor crèches, buitenschoolse opvang, zwemles, hockey (uitgeloot!) en tot mijn grote verbazing ook voor de lagere school. ‘Uw zoontje is al 2? Dan bent u rijkelijk laat met aanmelden. Maar we kunnen u er bij zetten als u wilt….’
Op een wachtlijst staan, is niet zo passief als het klinkt. Het bewaken van je plek op de wachtlijst kost tijd en aandacht. Bellen helpt!, zeiden andere wachtenden. Om mijn plekje niet te verliezen zat ik regelmatig aan de telefoon. ‘Weet u al iets meer? Is er al plek? Ja ik wil nog steeds op deze school, club, hobby… Prima, ik bel over 6 weken weer even terug.’
De wetenschap dat ze eigenlijk niet op je zitten te wachten, gaf me vaak een onwelkom gevoel. Spontaan kaartjes bestellen voor de Rolling Stones of op het laatste moment besluiten in restaurant de Watertoren te willen eten …. Je mag aansluiten in een lange rij.
Het ligt ook aan onszelf. We zijn gewoon verwend en willen allemaal hetzelfde en ook nog eens op hetzelfde moment en wel nu.
Laatst nam ik toch nog een keer de gok. Ik had iets leuks gezien in de stad waar ik graag naar toe wilde en belde op. ‘Ik weet dat het kort dag is, maar heeft u eventueel, mogelijkerwijs nog twee kaartjes voor vanavond?’
‘Ik ga even voor u kijken.’
Mijn hoop laaide op.
‘Ja hoor, mevrouw, dat gaat lukken. Zal ik twee kaartjes voor u apart houden?’
En toen dacht ik iets onvoorstelbaars. ‘Zou dit wel een leuke voorstelling zijn als er nog kaartjes zijn?’ schoot er door me heen. Ik herstelde me snel.
‘Echt, 2 kaartjes? Ja graag, ik kom eraan! ‘