Deze vakantie was één van de fijnste ooit. Omdat ik al een jaar of twee niet langer dan een paar dagen weg ben geweest, maar ook omdat ik het kamperen herontdekt heb. De bestemming was Bretagne, maar op de heen- en terugweg namen we ruim de tijd om er te komen. Dat zorgde ervoor dat we al in vakantiestemming waren zodra we in de volgepropte auto stapten en de straat uitreden.

Met onze mascottes op het dashboard en een vrolijke Franstalige playlist vertrokken we naar het zuiden. Op de weg was het verrassend rustig. Na Antwerpen volgden we de kustroute tot aan onze eindbestemming Crozon, een prachtig groen schiereiland. Onderweg overnachtten we in Normandië in het kustplaatsje Fécamp en in een Pippi Langkousachtig huis bij Le Mont Saint-Michel.
Uiteraard bezochten we de abdij op Le Mont Saint-Michel en wat was het daar prachtig. Helemaal als je de geschiedenis van die plek kent. Een prachtige zonsondergang en driehonderd foto’s later fietsten we terug naar ons sprookjesachtige hippiehotel en waren heel blij dat we deze stop in onze reis hadden ingevoegd.



Op weg naar onze eindbestemming werden de landschappen mooier en mooier. Groener ook. En toen realiseerde ik me weer eens dat ik heuvels mis in Nederland. Op elke top strekte zich weer een prachtig uitzicht voor ons uit. Nog maar weer een foto.
De camping bleek een gemoedelijke, kleinschalige camping te zijn waar we de perfecte plek kregen toegewezen, inclusief privé-picknickbank. De basisvoorzieningen waren er en het was er schoon. Tussen half elf ’s avonds en half acht ’s ochtends waren de douches gesloten en ging de slagboom voor auto’s dicht. En dat bleek tekenend voor de rust op het campingterrein. Klinkt saai? Nope, het was heerlijk. We genoten zelfs van het afwassen in een teiltje bij het toiletgebouw. Alles op de fictieve bingokaart over kamperen vinkten we af: badminton, petanque, baguettes, douchen met je slippers aan, eenpansgerechten op het kampeergasje, ’s nachts met de zaklamp naar de wc, dieren in de tent (een pad en naaktslak) en een druppende tent.



Het dorpje was op loopafstand. Fietsen was vanwege de drukke autowegen op het schiereiland niet echt een optie, maar we houden ook van wandelen en hardlopen en we ontdekten hiken. We maakten lange hikes langs de Grande Randonnée 34, een prachtige route die langs de gehele Bretonse kust loopt. We lunchten met meegenomen broodjes op de top van een berg. Weer duizend foto’s.



We hadden een vrij actieve vakantie, maar namen ook veel tijd om te relaxen. Uitgebreid ontbijten, uit eten, lezen en lekker lui met een drankje bij de tent. Totaal uitgerust namen we na 10 nachten afscheid van onze camping die een beetje als ons thuis aanvoelde.
Onderweg deden we nog twee leuke plaatsen aan, waardoor we het vakantiegevoel nog even konden vasthouden. Het drukke stadje Dinan was prachtig, maar wel weer wennen met al die toeristen. Na een bezoek aan het mooie Duinkerke was het dan toch echt tijd om terug te gaan naar Nederland. Het was even wennen weer, dat vlakke land en de drukte op de weg. Maar de herinneringen blijven. En we kunnen het niet laten om af en toe weer even de foto’s te bekijken. Het kampeeravontuur krijgt zeker een vervolg.

